Iaido kan het beste worden omschreven als de kunst van het trekken van het zwaard en is verwant aan kendo.

De term "iaido" verschijnt voor het eerst in 1932 en wordt gevormd door de karakters 居 (i), 合 (ai), en 道 (do).

  • De oorsprong van de eerste twee karakters, iai (居合), komt waarschijnlijk van het Japanse gezegde “Tsune ni ite, kyū ni awasu”, dat kan worden vertaald als “Constant voorbereid zijn, om tegenstanders tegemoet te treden”. De primaire nadruk in “iai” ligt op de psychologische staat om altijd klaar te zijn. Daarnaast ligt de nadruk op het trekken van het zwaard en reageren op een onverwachte aanval.
  • Do tot slot, betekent: "weg" als in levensweg of morele methode. Het woord Do geeft aan dat de weg die bewandeld.

 

Iaido wordt beoefent in de vorm van kata’s. Als beginner leer je eerst de seitei gata, een serie van kata’s. Dit is een serie van 12 kata’s die zijn gebaseerd op de basis technieken van de meest invloedrijke scholen in het Iai Jutsu. Daarnaast zijn er een groot aantal stijlen die beoefend kunnen worden, als je de seitei gata beheerst. Iedere kata bestaat uit de volgende onderdelen:

  • Nukitsuke, het trekken van het zwaard, gevolgd door een snijdende slag of een wering
  • Kiritsuke, de snijdende of stekende slag na nikitsuke
  • Chiburi, het afschudden van het bloed van het zwaard
  • Noto, het opbergen van het zwaard in de schede